De vogels missen het groen in de stad

De tuinvogels zoals de kneu, merel, staartmees en zanglijster hebben het zwaar de laatste jaren. Het probleem zit hem namelijk in de veranderingen van groene gebieden naar steden. Met de name in de grote steden is tegenwoordig nog maar weinig groen te vinden. De tuinen in de steden zijn kleiner en de tuinen worden vaak helemaal bestraat.
 
Doordat er tegenwoordig nog maar weinig nieuwe parken worden aangelegd in de grote steden, hebben vogels steeds minder leefruimte om een nest te bouwen en zich te kunnen voortplanten. De reden hiervoor is dat het aanleggen en onderhouden van zo’n park vrij duur is.
 
Uit de jaarlijkse balans van Sovon Vogelonderzoek is gebleken dat mensen hun tuin steeds vaker anders indelen dan dat normaal de bedoeling was. De struiken en planten worden vaak vervangen door sierbestrating. Daarnaast worden heggen vervangen door schuttingen waardoor de vogels helemaal geen ruimte hebben om zich te nestelen.
 
De verschuiving van vogels naar bepaalde plekken is duidelijk zichtbaar. Zo zijn er ook vogels die voorheen nooit in de grote steden voorkwamen maar nu wel. De sperwer is door de havik verjaagd uit de bossen, maar deze vogel heeft nu volgens Sovon veiligheid gevonden in de grote steden. Een andere vogel die uit de stad verdwenen is de kuifleeuwerik, een halve eeuw geleden was deze vogel nog te vinden in de binnensteden, maar dat is momenteel niet meer zo.
 
Woont u zelf in de stad en wilt u de vogels een handje helpen? Dat kan! Met een nestkastje zorgt u ervoor dat de vogels zich veilig kunnen voortplanten en door middel van een voederhuisje zorgt u ervoor dat er voldoende voedsel te vinden is voor de vogels in de koude wintermaanden. Maar door simpelweg een vetbol op te hangen draagt u al bij aan het welzijn van de vogels!